Zeefdrukken van CD en DVD discs
U bent misschien reeds vertrouwd met andere zeefdruktoepassingen (screenprinting of silkscreening) zoals het bedrukken van ballonnen, balpennen en textiel.
Als we een CD door een offsetdrukpers zouden sturen, zouden de inktrollen onze kwetsbare CD snel omvormen tot een hoopje plastic splinters. Hier is een meer subtiele aanpak vereist, vandaar de toepassing van een zeefdrukmachine. De CD schuift zachtjes over een lopende band en stopt dan onder een geel synthetisch doek (textielzeef). Voor elke kleur is een andere zeef nodig. Vervolgens wordt de inkt met een rolstrijker over het gehele oppervlak van de CD uitgesmeerd.
Vroeger gebruikte men echte zijde als textielzeef, maar nieuwe ontwikkelingen hebben synthetische materialen betrouwbaarder en goedkoper gemaakt. De oude naam bleef wel in gebruik en daarom heeft men het nog steeds over silkscreening.
De positieve filmen worden rechtstreeks op de zeef gelegd. Daarna wordt het geheel met ultraviolet licht belicht. Waar een beeld op de positieve film staat, dringt geen licht door tot de emulsie op de onderliggende zeefassemblage, waardoor het onbelicht blijft. Waar de film transparant is, dringt het licht door tot de emulsie waardoor deze uithardt. Eens het ontwikkelingsproces afgerond is, worden de niet-belichte, zachte emulsiegebieden weggewassen waardoor open plekken op het zeefdrukraam ontstaan.
Typische kenmerken van zeefdruk
Typische kenmerken van het zeefdrukken en van het CD-oppervlak waarmee u in uw ontwerpen rekening dient te houden, zijn:
- De standaard zeefgrootte voor afbeeldingen op een schijf is 100 lpi wat kan leiden tot een mogelijk verlies van details (vergeleken met 150 lpi brochures).
- Het is bijna onmogelijk om met zeefdruk de kleuren in uw brochure exact te reproduceren. Gebruik daarom complementaire kleuren en ontwerpen.
- Spot color zal een scherper resultaat geven dan CMYK-printing. Een CMYK CD-label registreren, is moeilijker omdat het label rond is.
- Door de dikke lagen inkt die voor zeefdrukken nodig zijn, kunnen fijne lijntjes en details verloren gaan (waaronder zeer kleine lettertypen en serif-lettertypen kleiner dan 6 punt).
- Omdat het schijfoppervlak metaalzilver is en niet papierwit is het mogelijk dat voor accuratere tinten en details nog een witte laag onder de kleur moet worden aangebracht.
- Ontwerpen met geleidelijke kleurovergangen kunnen soms slecht uit de verf komen door het verdikken van de punten en de tonale sprong die de kleuren donkerder maken en zo duidelijke stippen in de afbeelding produceren. Elke kleurtint onder 15% verdwijnt meestal en elke kleurtint van 85% of meer wordt weergegeven als een 100% tint.
- Omdat de schijf naar binnen toe overgaat van aluminium naar een spiegelstrook en ten slotte doorzichtig plastic, lijkt de inktkleur verschillend op het transparante middelpunt, de spiegelstrook en het zilverkleurige hoofdvlak van de schijf. Om dit probleem te verhelpen, wordt hier een witte laag aan toegevoegd, die het oppervlak onder de zeefdrukpatronen egaliseert.