Werken met lettertypes
Problemen met lettertypen
Een uiterst belangrijk element bij elke taak zijn de lettertypen die worden gebruikt voor de opmaak van een document. Lettertypebestanden zijn eigenlijk minibestandjes die het uitzicht van een lettertype op het scherm beheren. Om uw bestanden correct te kunnen uitvoeren, moeten op ons systeem lettertypebestanden van dezelfde fabrikant en met hetzelfde versienummer geïnstalleerd zijn.
Problemen met lettertypen zijn zonder twijfel verantwoordelijk voor het grootste deel van de vertragingen en frustraties bij het aanmaken van digitale bestanden. Toch kunnen deze problemen gemakkelijk worden vermeden wanneer u weet waarop u moet letten en hoe u uw lettertypebestanden correct beheert.
Type 1 fonts for Macintosh
Het originele Adobe Postscript lettertypeformaat, Type 1, beschouwen de meeste professionals nog steeds als het beste. De zogenaamde Type 1 fonts bestaan uit twee delen: het SCREEN font of schermlettertype en het PRINTER font of printerlettertype.
Het schermlettertype is een bitmap-afbeelding van de lettervormen, gebruikt om de lettertekens op het scherm weer te geven.
Hierboven ziet u het icoontje van een Type 1 (of postscript) schermlettertype Helvetica Bold. Schermlettertypen worden meestal in een “koffer” (suitcase) verzameld. Deze koffer kan lettertypen van veel verschillende families bevatten. Voor een correct beheer van uw lettertypen kunt u best elke lettertypefamilie in een eigen lettertypekoffer onderbrengen.
Hierboven ziet u een voorbeeld van de schermlettertypekoffer voor de Helvetica-familie.
Het printerlettertype bevat de gegevens die in werkelijkheid naar de laserprinter of imagesetter worden verzonden, en wordt gebruikt om elk teken correct af te drukken. Als de printerlettertypen niet beschikbaar zijn of beschadigd, zal uw lettertype er op het scherm gekarteld uitzien en wordt het ofwel afgedrukt met hetzelfde uitzicht als de bitmap, ofwel wordt het automatisch omgezet naar een standaard systeemlettertype, zoals bijvoorbeeld Courier.
Hierboven ziet u een afbeelding van het printerlettertype icoontje voor Helvetica.
Het is belangrijk dat u voor elk lettertype dat u in uw document gebruikt, ons zowel de scherm- als de printercomponenten toestuurt. Dat geldt ook voor de lettertypen in EPS-bestanden (3rd party EPS-bestanden zijn ervoor berucht dat ze lettertypen bevatten die niet bij het document zijn meegeleverd, omdat ze vaak naar klanten worden gestuurd zonder de lettertypebestanden). Veel lettertypen met dezelfde naam, zoals Helvetica, worden door meerdere bedrijven ontworpen en zo kunnen verschillen ontstaan in de kerning-waarden, de letterdruk, enz. Hierdoor kan de regelindeling van de gedrukte tekst verschillen van uw ontwerp, omdat we ons eigen lettertype moeten gebruiken in plaats van het uwe. Op een Macintosh-platform bevinden de lettertypen zich in de systeemmap van uw primaire harde schijf zoals hieronder afgebeeld.
Indien u een lettertypebeheerder gebruikt, bevinden uw MAC-lettertypen zich niet in de systeemmap.
TrueType Fonts voor Macintosh
Het TrueType-formaat werd door Microsoft ontwikkeld en wordt nu doorgaans samen verdeeld met de systeemsoftware en toepassingen, of als lettertypecollecties op disc. Het meest opvallende verschil tussen Type 1 en TrueType is dat bij TrueType de scherm- en printergegevens in één bestand worden bewaard, terwijl Type 1 twee aparte bestanden heeft.
Hierboven ziet u de afbeelding van het TrueType-icoontje voor de cursieve versie van Century Gothic voor Macintosh. TrueType-lettertypen worden ook in een lettertypekoffer bewaard en mogen nooit met Type 1-schermlettertypen worden gemengd. Hernoem de koffer als Century Gothic Type 1 en als Century Gothic TrueType en plaats de bestanden in de overeenkomstige map. Als beide lettertypen in dezelfde koffer zitten, kan dit soms problemen veroorzaken bij het printen.
Type 1 en True Type voor Windows
Hetzelfde geldt voor de Windows-versies van de Type 1 (postscript) en TrueType-lettertypen. Net zoals op een Macintosh bestaat het postscript-lettertype uit twee delen, namelijk een printer- en een schermlettertype. Het printerlettertype heeft de extensie .pfb, het schermlettertype heeft de extensie .pmf en beide worden met hetzelfde rode “A”-icoontje van Adobe weergegeven:
De printerlettertypen worden door ATM (Adobe Type Manager) gebruikt om het lettertype op elke lettergrootte scherp en nauwkeurig weer te geven op het scherm. De postscript-lettertypen bevinden zich in de map C:\psfonts . U dient ons zowel de scherm- als de printercomponenten te sturen.
Hierboven ziet u een voorbeeldicoontje van een Windows TrueType font. Wanneer u ATM gebruikt, bevinden deze lettertypen zich in de map C:\windows\fonts\ATM.
Wanneer u ATM niet gebruikt, zouden alle beschikbare lettertypen zich in de map C:\windows\fonts bevinden.
Families van lettertypen en stijlen
Een voordeel van het gebruik van ATM (Adobe Type Manager) is dat het u kan helpen uw lettertypen snel terug te vinden op uw harde schijf. De Deluxe-versie heeft zelfs een “Font List”-tabblad waarin u alle op het systeem beschikbare lettertypen kunt raadplegen, alsook nakijken of het om TrueType of postscript (Type 1) lettertypen gaat. U kunt een lettertype terugvinden door er in deze lijst op te klikken, ga dan naar “Properties” op het tabblad “Display” (hieronder weergegeven), daar ziet u de precieze locatie van het lettertype, alsmede de eigenlijke naam. Dit kan zeer handig zijn gezien vele lettertypen zoals de “Times”-familie verschillende namen kunnen hebben: “TIR”-Times Roman, “TIB”-Times Bold, “TII”-Times Italic, “TIBI”-Times Bold Italic.
Een lettertype heeft een eigen stijl en gewicht (puntgrootte), bijvoorbeeld Times Vet. Een familie is een verzameling van al deze aparte letterstijlen. Deze familie bevat Times, Times Vet, Times Cursief, Times Vet Cursief, enz. Uw lettertypepakket bevat verder ook een printerlettertype en een schermlettertype voor elk lid van deze familie. Een veelgemaakte fout bij het opstellen van documenten is dat men het lettertype “opmaakt” in plaats van de font zelf te kiezen. Men gebruikt bijvoorbeeld Times en past er daarna de stijl Vet op toe, echter door gebruik te maken van de “vet”-optie uit het opmaakmenu. Wanneer u uw document initieel opstelt door stijlen toe te passen, ga dan steeds met de functie “Zoeken en vervangen” door het hele document en vervang deze opgemaakte lettertypen door het juiste lid van de familie om zo problemen met de weergave te voorkomen.
Wanneer de stijl <cursief> op het lettertype “Times” wordt toepast, gaat het programma naar het “Times”-lettertypebestand en vraagt de naam van het overeenkomstige cursieve lettertype op. Het lettertype stuurt “Times cursief” als antwoord en vervolgens gaat het DPT-programma op zoek naar een lettertype met deze naam. Wanneer het DTP-pakket “Times cursief” vindt, zal het dat gebruiken. Maar als “Times cursief” zou ontbreken, verwacht u dan aan problemen.
Pas nooit de stijl vet of cursief toe op lettertypen die geen bestaande vette of cursieve familieleden hebben. Het kan zijn dat deze goed op uw scherm worden weergegeven en zelfs afgedrukt, maar meestal zullen problemen ontstaan bij de verzending naar een imagesetter. Wanneer de stijl vet wordt toepast op een lettertype dat geen “vet” familielid heeft, kan het lettertype soms dubbel verschijnen. Door op die manier cursief toe te passen, is het mogelijk dat het lettertype enkel gaat hellen in plaats van echt een cursief lettertype te worden. Mogelijk kan het zelfs helemaal niet op de imagesetter worden afgedrukt.
Sommige stijlen zoals Onderlijnen, Hoofdletters, Superscript, Subscript en Klein kapitaal kunnen alleen via het stijlenmenu worden ingesteld en zijn meestal acceptabel. De stijlen Schaduw en Contour worden best vermeden omdat deze ontworpen zijn voor non-postscript.
Lettertypeproblemen vermijden
- Gebruik Adobe Type 1 lettertypen (als u met een MAC werkt) voor de beste resultaten.
- Voeg alle gebruikte lettertypen toe, zelfs de zogenoemde ‘standaardlettertypen’ omdat er verschillende versies van hetzelfde lettertype bestaan en daardoor bij het afdrukken van uw document ongewenste verschillen zouden kunnen optreden.
- Pas geen stijlen toe op lettertypen (vet maken of cursiveren) in Quark: gebruik de opdracht ‘vet’ niet om een standaard Helvetica vet te maken. Gebruik in plaats daarvan het juiste lettertype Helvetica Vet. Verzend elk lettertype samen met de printbestanden, ook de vette en cursieve versies.
- Vergeet de lettertypen niet die in EPS-bestanden werden ingebed. Het gebeurt vaak dat een klant de lettertypen toestuurt die werden gebruikt voor titels en tekst, maar de in EPS-afbeeldingen gebruikte lettertypen vergeet mee te sturen.
- U kunt ook, voordat u een EPS-afbeelding maakt, de tekst omzetten in paden. De meeste illustratieprogramma’s, in het bijzonder Illustrator en FreeHand, kunnen tekst omzetten in vectorelementen zodat u de lettertypebestanden niet hoeft toe te voegen. Deze worden “self-contained”. Maak vóór het omzetten steeds reservekopieën van uw bestanden! (selecteer uw tekst > Type > Create Outlines)
- Vermijd het nesten of in lagen aanmaken van lettertypen. Wanneer u een lettertype in een afbeelding plaatst, het vervolgens in een andere afbeelding toepast en het uiteindelijk in het DTP-programma gebruikt, kan de imagesetter problemen hebben om het lettertype te vinden. Probeer de opbouw van grafische bestanden eenvoudig te houden.
- Vermijd lettertypen van weinig bekende fabrikanten of minderwaardige lettertypen. Niet alle lettertypen worden met dezelfde zin voor kwaliteit gemaakt. Ongebruikelijke lettertypen kunnen problemen veroorzaken als een hoge resolutie output vereist is. Sommige van deze lettertypen zijn enkel voorzien voor 300 dpi laserprinters.
- Minimum tekstgrootte: Serif 4 pt, Sans-Serif 3 pt
MJK Disc Productions biedt diensten aan voor CD en DVD duplicatie/replicatie, inclusief volledige grafische ondersteuning en diensten tegen kost-effectieve prijzen. Steeds in overeenstemming met onze hoge kwaliteitsnormen. standaarden.
Vul aub ons offerte-aanvraagformulier in voor een offerte of contacteer ons via e-mail op info@kopieer-cd.be.